Trump heeft niets maar dan ook helemaal niets met duurzaamheid, klimaat of omgeving. ESG werkt in zijn continent eerder averechts dan dat er deuren open gaan. Nu kan de regering Trump zich deze positie ook veroorloven. Maximaal 4 jaar duurt zijn regeringsperiode en na hem de zondvloed. Zelfs persoonlijk hoeft hij, gezien zijn leeftijd, zich niet al te veel zorgen te maken of de aarde nog wel doordraait over 4 jaar.
In Europa ligt dat heel anders. Wij beseffen maar al te goed dat we slechts één aarde hebben en dat we daar, met veel te veel mensen, heel zuinig op moeten zijn. Onze zorgen over de footprint die we achterlaten, leidden tot de Corporate Sustainability Reporting Directive. Een systematische manier om te rapporteren over de impact die organisaties hebben op onder andere het klimaat, en vooral hoe en wanneer die footprint verkleind kan worden. Dit alles met de doelstellingen van het Akkoord van Parijs in het achterhoofd.
Uiteraard zorgde ook deze wetgeving voor gemor in de samenleving. Het was een hele klus om alle gegevens te verzamelen en te verwerken. Bovendien moet de eerste voorstander van administratieve lasten nog geboren worden, dan wel uit de kast komen.
Ondertussen groeide in Europa de angst voor Trumps tirades. De Europese concurrentiepositie werd hét gesprek van de dag. Zou Amerika er straks met de buit vandoor gaan, terwijl wij hier achterblijven met een beetje groene drab?
Het Brusselse roer moest om. Afschaffen gaat nu eenmaal sneller dan opbouwen en in nog geen vier maanden heeft de Europese Commissie haar eigen bouwwerk ontmanteld. Niet langer 49.000 bedrijven, maar slechts een vijfde daarvan hoeft te voldoen aan de CSRD. De eisen zijn afgezwakt en voor de meeste bedrijven komt er een vrijwillige standaard.
Opvallend genoeg vroegen veel bedrijven juist om door te gaan met de CSRD. “Laat de doos van Pandora gesloten,” was de algemene tendens. De kosten vielen mee, men was eraan gewend, en vooral: de CSRD was een zaak van de lange termijn. Zoiets moet je niet wijzigen bij het eerste zuchtje tegenwind dat over de oceaan waait. Deze langetermijnvisie zagen we eerder bij beleggingsinstellingen. Natuurlijk zijn de jaarresultaten belangrijk, maar waar het echt om gaat, is de waarde van een bedrijf op de lange termijn. Daarvoor is het essentieel dat organisaties in balans zijn met hun omgeving.
Ondanks deze duidelijke signalen zette de Commissie haar afbraakwerk door. Het ging immers om onze concurrentiepositie; we moesten Trump-bestendig worden.
En nu komt de tweede tragiek van de timing. Het blijkt dat Trump helemaal geen zaken met ons wil doen, althans niet via de weg van een gelijk speelveld. Bijna dagelijks kondigt hij nieuwe importtarieven aan, en zijn voorliefde voor Rusland heeft zakelijke repercussies. De animo om zaken te doen met Amerika daalt. Wie wil er bijvoorbeeld nog een auto kopen van een verkoper met een Argentijnse kettingzaag?
In de aanloop naar deze handelsoorlog dreigde Europa al met tegenmaatregelen. Een stap verder zou zijn om producten te verbieden die niet conform onze normen zijn gemaakt, zoals ‘groen’ staal of gewassen die bespoten zijn met middelen die hier verboden zijn.
Het imago van Europa is vaak wat log, te laat reagerend op ontwikkelingen. Maar nu lijkt het erop dat we in recordtijd een langetermijnaanvalswapen hebben ingeruild voor een middellange termijn beschermingsschild, voor een markt die er op korte termijn amper zal zijn — althans als we blijven praten over eerlijk zakendoen.